Interview met historicus Han van der Horst over de wortels van Oud en Nieuw Mathenesse
We zitten bij Han thuis op de bank omgeven door rijen geschiedenisboeken, schilderijen, tikkende klokken en Perzische tapijten. We zijn honderd jaar terug in de tijd. Als historicus is Han groot kenner van de Nederlandse geschiedenis en weet veel van de lokale geschiedenis van Schiedam en Oud en Nieuw Mathenesse. Voor lange tijd waren Mathenesse en Schiedam verbonden als één gemeente. Met boeken, oude kaarten en internet begint onze speurtocht naar de wortels van het verleden van Mathenesse.
Han van der Horst in zijn huis in Nieuwland, mei 2020. Tekst: Annemarie Sour. Fotografie: Laisa Maria.
“Vergelijk Mathenesse van 1000 jaar geleden met de Waddenzee”, zegt Han van der Horst (71). “Een gebied met water en zandplaten die bij eb droogvielen. Mathenesse is in feite land dat gewonnen is op de rivier de Maas en op de zee.”
Drassig gebied
Het moerassige gebied vol slikken, schorren en zandbanken grenst ten zuiden aan de rivier de Maas en aan oostzijde aan het riviertje de Schie. Het gebed dat bij eb droogvalt heeft veel potentie als waardevolle grond. En al in de 11e eeuw leggen mensen een dijk aan en begint de inpoldering van het drassige gebied. Han: “Het is de dijk waar nu nog steeds de Rotterdams/Schiedamse dijk loopt. Benedictijner monniken uit Egmond met kennis het omzetten van water in land organiseerden en financierden de ontginningen.“
Binnen en buiten de dijk
De dijk verdeelt het gebied in twee zones: a. het binnendijkse gebied Oud Mathenesse en b. het gebied buiten de dijk met de naam Nieuwe Mathenesse. De moerassige wildernis verandert na verloop van jaren in een weidegebied waar koeien, paarden en varkens kunnen rondscharrelen en boerderijen en molens verrijzen .
De heren van Mathenesse
Het winnen van land uit water in een getijdengebied is business. Langs heel de Hollandse, Zeeuwse en Vlaamse kust is het gebruikelijk. Voor de landaanwinning waren lokale investeerders nodig. Er moesten niet alleen dijken worden aangelegd, maar ook sloten gegraven, buizen (duikers) door dijken worden gestoken waardoor overtollig water kon wegstromen. Later kwamen er molens bij om het overtollige water uit de laaggelegen polder op te pompen en te lozen op een ringvaart of open water.
Kasteel aan de rivier
“De oudste bekende financier van de inpoldering van Mathenesse is Dirk Bokel. Hij heeft een kasteel op het huidige Weena en laat rond 1250 een dam in de Schie leggen waardoor de kleine polder Riviere in de bocht van de Schie kan ontstaan en hij vervolgens ook de aangrenzende polder Oud Mathenesse aanlegt. Han: “Als de dochter van graaf Floris 1V van Holland, Aleida van Henegouwen, de kleine polder Riviere van Dirk Bokel koopt, laat ze er in 1262 een kasteel bouwen op de grens met de Oud Mathenesserpolder met de naam Huis te Riviere. Zijn kasteel stond op het huidige Weena, voor meer informatie klik hier.
Huis te Riviere
Ambacht Mathenesse
Het kasteel vervalt na de dood van Aleida aan de graaf van Holland. Hij geeft het in bruikleen aan een kleinzoon van Dirk Bokel, met de naam Dirk van Mathenesse. Vanaf dat moment, het is dan 1276, krijgt het kasteel van Aleida de naam Huis Mathenesse, naar het ingepolderde gebied Mathenesse tussen Schiedam en Rotterdam. Het is dan voor het eerst dat het ambacht Mathenesse (een ambacht is de kleinste bestuurlijke eenheid op het platteland) in 1276 in documenten wordt genoemd. Han: “De Heren van Mathenesse hadden privileges en mochten van de graaf belastingen heffen en mensen op bepaalde posities benoemen.”
Heren van Mathenesse
Han heeft een gedenkboek over Rotterdam 1328-1928 op schoot met interessante feiten over Mathenesse. Daaruit blijkt dat de Mathenesserpolder eeuwenlang in het bezit blijft van de Heren van Mathenesse. Maar na vierhonderd jaar regeren over is het gedaan met hun bevoorrechte positie. Han van der Horst: “De familie en nazaten van Dirk, verkopen in 1688 hun heerlijke rechten in Mathenesse aan de gemeente Schiedam. Veel lokale adel zaten in geldnood en verkochten noodgedwongen hun land aan de omringende steden.” Van het Huis Mathenesse is nog een ruïne over naast het huidige stadskantoor van Schiedam als tastbaar bewijs dat het ooit heeft bestaan.
Wind en watermolens
Het idee dat tussen de snelwegen, spoorlijnen, dijk en trambanen vroegen vele molens hebben gestaan is nauwelijks voor te stellen. Han vraagt of we weleens van de site ‘alle molens’ hebben gehoord. Nee, moet ik bekennen. Via de site www.alle molenskaart.nl zien we in een oogopslag dat er diverse molens in Mathenesse stonden. De site geeft een omschrijving met vaak een afbeelding en functie. In Oud Mathenesse waar nu de A20, ligt net achter het station van Schiedam, staat eeuwenlang de windmolen Oud Mathenesse. De eerste in 1469 gebouwd en gesloopt in 1789 en de 2e gebouwd in 1789 en gesloopt in 1893. Het zijn molens bedoeld om het overtollige water uit de polder af te voeren.
Ook in Nieuw Mathenesse staan diverse molens, zoals de Nieuwe Mathenessermolen uit 1791, die in 1923 werd gesloopt. Ook molen de Vlijt is gebouwd en gesloopt evenals molen Burgemeester Knappert. Op de grens tussen Schiedam en Mathenesse staan zeven windmolens voor het malen van koren met namen als Witte Molen en Eendracht. Dat moet een indrukwekkend gezicht zijn geweest.
Zelfstandige gemeente
Tijdens de Franse overheersing kan Mathenesse in 1795 zelfstandige worden. De Fransen vonden het bestuur middeleeuws aandoen met oude adel, schouten en heerlijkheden. Han van der Horst: “De Fransen en patriotten hebben voor de bestuurlijke vernieuwing gezorgd. Alle poldertjes kwamen er als gemeente uit. Zo ontstonden de gemeente Kethel, de gemeente Vlaardingenambacht en de gemeente Oud en Nieuw Mathenesse.”
Na een korte onderbreking in 1811 waarin Schiedam, zowel Spaland, Kethel en Mathenesse annexeert, is Mathenesse in 1817 wederom een zelfstandige gemeente met een burgemeester, een eigen wapen, ambtsketen en gemeentestempel. Het gemeentewapen is gebaseerd op het oude familiewapen van de familie Van Mathenesse.
“Mathenesse telt in 1865 circa 550 inwoners”, weet Han te vertellen, heeft boerderijen, zoals ossenmesterij van Wittkamp en molens op haar grondgebied, een eigen school, maar heeft geen eigen raadhuis.
Carrière
Drie burgemeesters heeft Mathenesse gehad. De eerste burgemeester van Oud- en Nieuw Mathenesse is Willem Nicolaas Cool (1825-1851), de 2e M. den Held (1852-1862) en de laatste is Pieter Jacob van Dijk (1862-1866). Over de laatste weet Han te vertellen dat hij op een gegeven moment Mathenesse achter zijn naam plaatst. Waarom doet een man zoiets? “Omdat het deftig was een dubbele naam te hebben. Hij noemde zich zo na zijn benoeming tot burgemeester van Schiedam.
Opheffen van de gemeente Mathenesse
Het rijk constateert in de jaren vijftig van de negentiende eeuw dat veel kleine gemeentes niet levensvatbaar zijn en moeten worden opgeheven. Zo komt er een einde aan het zelfstandig bestaan van Oud- en Nieuw Mathenesse, maar ook van bijvoorbeeld aan Nieuwland en Kethel. Oud en Nieuw Mathenesse zijn vanaf 1866 onderdeel van de gemeente Schiedam en burgemeester Van Dijk Van Mathenesse maakt een carrièresprong. Han: “Van Dijk had een hoge dunk van zichzelf. Daardoor verbruide hij het bij de Schiedammers. Hij bleef desondanks toch 25 jaar burgemeester en moest gedwongen terugtreden omdat hij fraude op het stadhuis, overigens niet door hem, niet op tijd had opgemerkt.”
Opkomst industrie
De grens van de opgeheven gemeente liep dwars door de Broersvest. Eerst kwamen er branderijen en huisjes langs de oostkant van de Broersvest, daarna langzaam maar zeker ook langs de Buitenhavenweg. Schiedam heeft door de opkomende industrie ruimte nodig heeft voor de jeneverproductie. Denk aan een glasfabriek, zaagmolen en pakhuizen, die allemaal langs de Buitenhavenweg een plekje vinden. Ook verrijst er een wijkje met arbeiderswoningen het Nieuwsticht in 1855. De polder Mathenesse met een zee van ruimte biedt ook mogelijkheden als waterwingebied voor de inwoners en industrie van Schiedam en verschijnt er in 1890 in de weilanden een watertoren. Lees voor verdieping hier en hier.
Pannenkoekenhuis
Tastbare herinneringen aan de gemeente Oud en Nieuw Mathenesse zijn er nog steeds. De school is nu een pannenkoekenhuis en ligt op de kop van de Buitenhavenweg. De ambtsketen en de bodebus zijn in het bezit van het Stedelijk Museum Schiedam en het stempel van de gemeente met het wapen is in bezit van het museum Rotterdam.
Havens in de weilanden van Nieuw Mathenesse
Door de aanleg van de Nieuwe Waterweg in 1872 was Rotterdam goed te bereiken en de internationale scheepvaart groeit dan ook snel. Er zijn veel havens nodig op Zuid, in Feijenoord en in west. “De man achter de havenontwikkeling van Rotterdam is Gerrit Jan de Jongh, directeur van Gemeentewerken”, vertelt Han van der Horst. “Hij plant de ene haven na de andere en gaat naar aanleg van de Parkhaven en Sint Jobshaven (Schiemond) steeds meer westwaarts. Voor de ontwikkeling van de Keile-, Lek-, IJssel- en Koushaven in de Nieuwe Mathenesserpolder is het nodig dat Rotterdam in 1909 een deel van Schiedam annexeert.” De aanleg van de havens gaat snel: de Keilehaven is gereed in 1910, de Koushaven in 1911 en Lek- en IJsselhaven (1916). Maar Rotterdam wil nog meer havens en heeft nu ook haar oog laten vallen op het waterwingebied van Schiedam
Havenbaronnen betalen mee
In ruil voor eeuwigdurende waterlevering mag Rotterdam van Schiedam in de weilanden van Mathenesse havens graven. De gemeente Rotterdam analyseert dat er grote behoefte is aan terreinen voor overslag van stukgoed en maakt een plan voor de aanleg van drie insteekhavens, een netwerk van spoorlijnen, een rangeerterrein, opslagloodsen voor stukgoed en kantoorgebouwen. Al met al een kostbare investering, maar de gemeente Rotterdam wil niet alleen opdraaien voor de kosten en wacht af. Pas als havenondernemers willen meebetalen aan de aanleg van Merwehavens is de kogel door de kerk en kan men in 1923 starten met de bouw. Hiervoor sneuvelt de eeuwenoude molen Nieuw Mathenesse in 1923, maar ook de watertoren van Nieuw Mathenesse uit 1890 krijgt de sloopkogel. In 1930 zijn de Merwehavens gereed voor gebruik.
Voor de aanleg van de Merwehaven moesten o.a. de Stoommeelmolen "Schiedam" en de Schiedamse watertoren (uiterst rechtsboven) wijken. Op de voorgrond de terreinen van de Werf Gusto, 1922. Copyright: K.L.M. Aerocarto NV. Foto ontleend aan beeldbank, klik hier voor origineel.
Bombardement
Veel plezier hebben de havenbaronnen en de gemeente niet van hun diepte-investering. Tijdens de Tweede Wereldoorlog raken zowel de Merwehavens als de Vierhavens in het laatste oorlogsjaar zwaar beschadigd. Kades en gebouwen zijn in 1945 grotendeels door de Duitsers vernield. Zij wilden de haven van Rotterdam onbruikbaar maken voor de geallieerden. Tijdens de wederopbouwperiode krijgt de haven voorrang boven de wederopbouw van de stad: kades worden hersteld en nieuwe gebouwen verrijzen, zoals de Citrusveiling van de architect Maaskant, maar ook kantoren. Sommige gedenkstenen verwijzen in het havengebied Nieuw Mathenesse verwijzen naar dit 2e vaak vergeten bombardement.
Kwaliteitswoningen voor Oud Mathenesse
In de weilanden van Oud Mathenesse moeten woningen komen van goede kwaliteit, vindt het bestuur van de gemeente Schiedam. In het meer oostelijke deel van de polder, nabij het huidige Marconiplein, heeft de architect J.J.P. Oud in opdracht van de gemeente Rotterdam weliswaar in 1922 een nooddorp ontworpen met tijdelijk woningen bedoeld voor families met weinig geld. Maar Schiedam ziet een heel ander woonprogramma voor zich dan Het Witte Dorp van de architect Oud. Schiedam zette in op kwaliteitswoningen en de Amsterdamse ingenieur Marinus van Praag, die 40 jaar directeur was van de Gemeentelijke Woningdienst en Bouw en woningtoezicht . Hij krijgt in 1922 de opdracht om de nieuwe wijk te ontwerpen en de bouw van de woningen te coördineren. Het plan omvat singels, een stadsvijver en rioolgemaal en brede lanen en pleinen en parken. Het stedenbouwkundige plan is er gekomen, maar met de hoge kwaliteit woningen gaat het mis als woningcorporatie Vereeniging Volkshuisvesting in 1925 al aangeeft dat er een overschot aan huurwoningen dreigt. De huren staan onder druk en woningcorporaties haken af. Rotterdamse aannemers slaan hun slag en bouwen meer woningen dan oorspronkelijk de bedoeling was met als eindresultaat dat delen van de wijk weinig samenhang vertonen en van een mindere kwaliteit materialen zijn gemaakt. Lees over Marinus van Praag dit artikel .
“De naam Mathenesse is klare taal voor: Made (weide) en nes (aangeslibd land).”
Landhonger
Grote delen van Oud Mathenesse en een deel van Oud Mathenesse zijn door Schiedam in 1909 en 1921 overgedragen aan Rotterdam, maar de landhonger van Rotterdammer is niet te stillen, weet Han van der Horst. De directeur Gemeentewerken H.S. de Roode maakt een plan voor Groot Rotterdam dat het oppervlakte van de Maasstad moet verdubbelen. “Rotterdam wil niet alleen Nieuw- en Oud Mathenesse inlijven, maar ook Schiedam en Vlaardingen annexeren en naar het oosten Capelle aan den IJssel.” Dit ambitieuze plan haalt de eindstreep niet en is in 1929 verworpen door de Gedeputeerde Staten van de Provincie Zuid-Holland. Grenscorrecties tussen Rotterdam en Schiedam blijven wel doorgaan in 1934 en in 1939 zijn nog enkele delen van de Oud- en Nieuw Mathenesserpolder aan Rotterdam afgestaan. De Hogebanweg vormt vanaf de dat moment de grens tussen Schiedam en Rotterdam.” Het zoeken naar de roots van Mathenesse maakt duidelijk waarom je nauwelijks merkt dat je van de ene stad naar de andere staat gaat. Het is altijd één gebied geweest. En het verklaart ook dat sommige Rotterdamse bestuurders denken dat de wijk Oud Mathenesse bij de gemeente Schiedam hoort.
Over Han van der Horst
Han van der Horst is historicus, schrijver en columnist. Zijn laatste boek dat net is uitgekomen, Zwarte Jaren, gaat over Nederland in de Tweede Wereldoorlog. Eerder schreef hij boeken als De Mooiste Jaren van Nederland (1950-2000) en Rotterdam, bruid van de Maas. Bestel zijn laatste boek Zwarte Jaren hier.
Dit verhaal is geschreven door Annemarie Sour, fotografie door Laisa Maria. In juni 2020 verscheen dit verhaal in wijkkrant Het Verre Westen, zie hier voor een PDF van deze publicatie.